Osteopathie bij volwassenen
Behandeling en onderzoek van volwassenen.
Een consult begint met een anamnese (vraaggesprek) over de belangrijkste klacht en het ontstaan daarvan. Daarnaast worden vragen gesteld over andere klachten die ervaren worden en over de algehele gezondheid, operaties, ongelukken/valpartijen en grote ziektes uit het verleden. Daardoor krijgt de osteopaat een indruk van het ontstaan van de klacht en van eventuele factoren die de klacht onderhouden.
Daarna volgt het bewegingsonderzoek. Deze vindt plaats van de tenen tot aan het topje van de schedel. Aan u wordt dan verteld wat er vast zit en wat er behandeld kan worden om de klacht te verlichten. Tijdens het eerste consult is er dan ook nog kort tijd om een begin te maken met de behandeling. Tijdens het tweede consult wordt direct met de behandeling begonnen. Consulten duren ongeveer vijfenveertig minuten. Het tweede consult is meestal 1 à 2 weken na het eerste consult. Vervolgconsulten vinden daarna om de twee à drie weken plaats (soms nog langer).
Een osteopaat gebruikt over het algemeen doelgerichte zachte handgrepen om de weefsels weer los te maken. Na drie behandelingen moet er verbetering van de klacht te merken zijn anders wordt de behandeling (in overleg) gestaakt. Gemiddeld heeft een patiënt vijf behandelingen nodig.
Een verwijzing van de huisarts is niet vereist.
Voor vergoedingen klikt u hier.